De porfiergroeve van Quenast zorgt al voor werk en grondstoffen sinds de 17e eeuw en veel Belgische wegen dragen er de sporen van. Deze openluchtgroeve hoort bij de grootste van Europa. Haar oppervlakte bedraagt 140 hectare en op sommige plaatsen haalt ze een diepte van 125 m. Men delft er porfier sinds de 17e eeuw. De belangrijke porfierlaag strekt zich uit van Quenast tot Lessines. Het harde stollingsgesteente werd traditioneel gebruikt om de fameuze Belgische kasseien te maken. Momenteel wordt het ontgonnen gesteente gebruikt als ballast.
Je m'appelle Martine Moens. J'habite dans la belle province de Zélande, dans la région de West Zeeuws Vlaanderen.
La photographie est ma grande passion. Elle m'a déjà apporté tant de belles choses.
J'aime relever le défi de capturer de belles images de manière à ce que d'autres personnes ressentent quelque chose..
En savoir plus…